- Hak de ui, selderij en wortel heel fijn.
- Verwarm 4 eetlepels olijfolie in een pan en smoor hierin de fijngehakte groente 5 minuten.
- Spoel de linzen af in een vergiet, voeg ze samen met de bouillon toe en doe het deksel op de pan.
- Laat in circa 45 tot 60 minuten gaar worden.
Maak ondertussen de pastinaakpuree:- Schil de pastinaak met een dunschiller en snijd in blokjes.
- Kook de pastinaak in een pan tot hij zacht is: test dit door er met een vork in de prikken. Je kunt nu ondertussen beginnen met het bakken van de worst!
- Giet af en bewaar het kookvocht.
- Prak de pastinaak fijn (bv. met een stamper) en voeg de room, de olijfolie en 4 eetlepels kookvocht toe.
- Mocht de puree nog te dik zijn, voeg dan steeds een extra eetlepel kookvocht toe tot de gewenste dikte is bereikt. Breng op smaak met zout en peper. Houdt warm in een pannetje met deksel.
De worst bakken (als je cotechino hebt, laat deze dan enkele uren pocheren*):- Smelt 25 gram boter in een pan met 2 eetlepels olijfolie.
- Bak de worst gaar in de tijd die ervoor staat (afhankelijk van de dikte zo’n 15 tot 20 minuten). Prik met een vork gaatjes in de worst om er wat vet uit te laten lopen.
- Laat even rusten en snijd vervolgens in dikke plakken.
- Proef de linzen en breng eventueel nog een beetje op smaak met peper en dien op met de worst de pastinaakpuree.
*pocheren betekent dat je een product gaart in water dat net niet kookt.