Een luchtige chocolademousse met een intense chocoladesmaak. Het recept bevat ook een leuke variatie en een mooie serveertip.
Bereidingswijze
Hak de chocolade in grove stukken en smelt de chocolade au bain marie. Als de chocolade gesmolten is, haal je hem van het vuur af en meng je de likeur en de boter erdoor.
Klop de eidooiers tot een dikke, romige massa die een lichte gele kleur heeft. Klop de dooiers langzaam door de chocolade.
Klop de slagroom stijf en meng het met het chocolademengsel.
Klop de eiwitten op, voeg de suiker al kloppend toe. De eiwitten zijn genoeg opgeklopt als je de kom ondersteboven kan houden, zonder dat het eiwit beweegt of eruit valt. Pas ook op dat je niet te hard klopt, je chocomousse wordt hier minder luchtig van.
Meng het chocolademengsel voorzichtig met de opgeklopte eiwitten en doe het in potjes. Laat de chocomousse minstens 2 uur in de koelkast rusten. Ik laat de chocomousse meestal een dag rusten, hierdoor krijgt hij een vollere smaak.
Tip: Je kan de amaretto ook vervangen door hazelnootsiroop (om bij de koffie te doen). Dit geeft je chocomousse een nutella-achtige smaak. Je kan er ook echte hazelnoten aan toevoegen. Rooster dan de noten eerst even om ze wat extra smaak te geven. Hak ze in fijne stukken en voeg ze aan het chocolademengsel toe, alvorens je de chocolade met het eiwit mengt.
Serveertips - Afwerking
-----------------------
Klop de slagroom stijf met een beetje suiker. Schep een lepeltje van de slagroom op elk potje chocomousse en strooi er wat chocoladeschilfers op. Je kan eventueel ook een halve aardbei op de slagroom leggen.