* knolselder schillen en in blokjes snijden. Op een zacht vuurtje laten garen in een mengeling van melk en kalfsbouillon.
* Aardappelen schillen en uitstekken zodat je mooie ronde kokertjes krijgt. Deze zachtjes garen  in kalfsbouillon
* De knolselder afgieten (kookvocht bijhouden) en pureren. Passeren door een fijne zeef en warm houden. Het kookvocht vlak voor presentatie opschuimen en gebruiken als garnituur.
* De aardappelstaafjes in een koekenpan aanbakken zodat deze een mooi korstje krijgen. De coquilles en kwarteleitjes tevens kort aanbakken.
* Een dotje knolselderpuree in een kommetje doen, hierop de coquille presenteren, aardappelbalkje en kwarteleitje toevoegen en oversausen met het opgeschuimde kookvocht van de knolselder.