Ik heb de volgende citrusvruchten gebruikt: een halve grapefruit, 1 citroen, 2 limoenen en een halve sinaasappel. Nu staat het je vrij om er een eigen mixje van te maken, zorg er alleen voor dat er genoeg zure vruchten tussen zitten, anders wordt de curd wat vlak van smaak.

Rasp het schilletje van de citrusvruchten (ik gebruik het schil van alle vruchten, dat geeft extra veel smaak en geur aan de curd) en pers de sap. Met de bovengenoemde combinatie kom je aardig in de buurt van 150ml.

Klop de roomboter met de suiker op tot het een beetje luchtig begint te worden. Voeg daarna de eieren, citrusschil en de gezeefde sap. Het geheel gaat schiften, dat is helemaal niet erg. Klop het nog eventjes op en giet de mix over in een pannetje.

Zet het pannetje op een zacht vuur en verwarm al roerende met een garde. Langzamerhand zul je zien hoe het geheel indikt, dat gebeurt rond 75-78C. Dan moet de curd meteeen van het vuur. Ik zeeef hem altijd voor de mooie, gladde en satijnachtige textuur, maar in principe kun je het zo laten, dan heb je vrolijke spikkeltjes oranje, groene en gele citrusschil. 

Laten afkoelen en ook koud bewaren. Het schijnt op zijn minst een week houdbaar te zijn in de koelkast, maar zo lang heeft het bij mij nog nooit gestaan.